Ook meedoen?
“Waarom ga jíj niet bowlen!” Dit zegt een medebowlster van mijn man als ik het een beetje zat ben na een paar uur toekijken tijdens een toernooi van hen. Even uitleggen: Mijn man doet al jaren aan sportbowlen en speelt toernooien door het hele land.
Tekst: José de Jong
Bron: Raakvlak 5, 2018
Een toernooi bestaat uit series en een finale. Een serie bestaat weer uit 5, 6 of 8 games met tenminste 2 spelers op een baan, afhankelijk van het toernooi wat gehouden wordt. Dus twee uur ben je minimaal aan het bowlen. En ik toekijken dus. Vind ik meestal niet erg, want we koppelen er vaak een camperweekendje aan vast. Maar bowlinghuizen zijn over het algemeen donker en ik kan de mensen niet verstaan. Aangezien ik zowel slechtziend en slechthorend ben, voel ik me dan tijdens die lange uren ook wel op een eilandje zitten.
Maar goed, nu die vraag aan mij gericht dus. En ja, mijn man had dat ook al een paar keer geopperd. Want, zei hij dan: “Bowlen is wel een sport waarbij je je goed kan focussen op één punt.” Inderdaad heb je zodra je op de baan staat met niemand meer te maken, en de baan zelf is verlicht. “En dan kan je samen met mij op de baan staan.”
Oké, vooruit denk ik dan. Waarom niet, doe gewoon eens wat en ga eens iets proberen in plaats van op voorhand te zeggen dat ik het niet kan… Ik krijg een mooie bowlingbal van echtgenoot Jan cadeau, en deze wordt door een specialist op dit gebied op maat van mijn bowlinghand geboord. Aan de slag.
Trainen
Maar als mijn man en ik samen aan het trainen zijn valt het nog niet mee. Sowieso is het wennen aan de aangemeten bal, die is anders dan een ‘huisbal’. Ik gooi links of rechts in de goot, met af en toe strikes (alle tien de pins (kegels) in één keer om) of spares (alle tien in twee keer om). Nu is het natuurlijk niet helemaal zwart/wit maar toch. Ook laat ik me teveel leiden door de scores op het bord, waardoor ik krampachtig ga gooien. Relax José…
Ik krijg tips als: Ga links van de middelste dot (stip) op de baan staan, richt je op de tweede arrow (pijl), denk om je balans, doe je aanloop recht naar voren, denk om je achterzwaai, als je uit balans bent, begin je overnieuw. En verder: “Bij wedstrijden heeft de bowler rechts van je voorrang bij het gooien.”
Mijn hemel, dit is niet het bowlen tijdens een avondje steengrillen/bowlen met vrienden. Maar ik vind het wel erg leuk om te doen en kijken wat ik kan. Mogelijkheden zien. En ik vertrouw op mijn man, hij ziet namelijk wel allerlei vooruitgangen.
Inschrijving en toernooi
Na een paar wedstrijdjes meegedaan te hebben met de zomerleague van de bowlingclub in mijn woonplaats, heb ik een pasgemiddelde weten te scoren. Met dit pasgemiddelde en na mijn inschrijving bij de Nederlandse Bowling Federatie mag ik mee doen met toernooien en kan ik samen met mijn man op de baan staan. Dit is wat anders dan toekijken. Ojee, nu gaan ze op mij letten, zucht….
Zaterdag 11 augustus, in Hellevoetsluis. De grote dag voor mij, mijn eerste officiële toernooi. Al dagen zie ik er tegenop want ik heb er nog niets te zoeken. Maar goed, het gaat om de ervaring. “Speel jij ook mee?, wat goed!” Dit zijn de reacties om me heen als we samen binnenstappen. Inmiddels was ik als ‘vrouw van’ al een bekende hier met mijn taststok. Dat blijft trouwens een crime, me verplaatsen in de donkere bowlinghuizen met al die bowlingtassen op de grond. Gelukkig is er altijd wel iemand die me even begeleidt als het nodig is.
Eerst ingooien. Voelt spannend. Kennismaken met de medespeler op de andere baan. Mijn beperkingen uitleggen. Begrip. Dan de wedstrijd. Elkaar een handenklap (handig met kokervisus) en succes wensen. We spelen Amerikaans systeem, dat wil zeggen na elke worp van baan wisselen. In onze eerste game is dat op baan 1 en 2. Scannen, zoeken, voorzichtig lopen. Maar eenmaal op de baan kan ik mijn gang gaan. En dat is leuk. Nu doe ik het helemaal zelf. Ik zie de ‘dots’ en ‘arrows’ en doe mijn ding. Nog lang niet naar wens natuurlijk, maar het eerste begin is er.
Na een aantal games merk ik dat ik meer ga zwalken. Recht lopen wordt steeds moeilijker. Ik word wat moe, en het complete stilstaan voor de worp lukt me niet helemaal. En juist dit is belangrijk voor de balans. Evengoed lukt het me in de voorlaatste (vierde) game om nog goed te presteren.
Bij de tiende worp hoor ik achter me: “Nou, als je nu een strike gooit heb je nog twee ballen extra. Kun je de score nog omhooghalen”. Mijn man moedigt me aan. En ja, bij deze worp gaan ze alle tien om. High five! Nog twee ballen extra om te gooien, leuk. Blij en zo geconcentreerd als ik kan neem ik mijn aanloop, zwaai naar achteren met de bal en weer naar voren, richt goed en…. Strike! Weer gejuich. De laatste bal, hetzelfde. Aanloop, en… strike! Gejuich en geklap! Inmiddels staat er een klein koppeltje achter me. Allemaal zijn ze blij voor me, het maakt ze niet uit dat ik hier nog niets te zoeken heb qua scores. “Je doet het toch maar!”
En dit neem ik mee. Ik doe het inderdaad toch maar. Klooien in het donker, proberen te luisteren naar iedereen hier en kijken of ik evengoed mee kan draaien in dit wereldje. Nu nog kijken hoe ik dit bowlen kan blijven beoefenen en uit kan bouwen. Want hoe is het als ik straks de ‘dots’ en ‘arrows’ niet meer kan zien? En hoe krijg ik een goede balans, want dit heeft volgens mij te maken met mijn slechthorendheid. Dit ga ik de komende tijd ondervinden. Het plezier is er alvast.
Bowlingochtend Oogvereniging Regio Leiden
Zaterdagochtend 8 september. Ik ga een kijkje nemen bij bowlinghuis Menken in Leiden. Het bowlingseizoen van Oogvereniging Leiden begint vandaag. Het is nog vroeg als ik aankom maar: “Je kunt daar even zitten, de anderen komen zo. Wil je wat drinken?” Na de koffie wordt er een indeling gemaakt voor de banen. Drie personen per baan, dat maakt het overzichtelijk. Zo’n 30 mensen zijn aanwezig, dus een volle bak in de bowling.
Blind, slechtziend of begeleider
Er worden over het seizoen drie competities gespeeld. Een voor de blinden, slechtzienden en begeleiders. Bij de blinden gaan de hekjes aan de zijkant van de baan omhoog zodat ze niet in de goot kunnen gooien. Hier was ik een beetje benieuwd naar. Immers: stel dat ik blind word, dan wil ik graag kunnen blijven bowlen zonder hekjes en hoopte wat handigheidjes te zien. Maar dat is weer dat perfectionisme van me…Wat ik wel zie is dat diegenen die dat willen begeleid worden naar de baan en ook in de juiste positie gezet worden. Er wordt gelet op de zwaai en een richting aangegeven. Wellicht is er een training die nog meer gericht is op bowlen als je blind/zeer slechtziend bent.
Plezier
Hier kan iedereen naar eigen wens bowlen. Voor mensen die een hekje nodig hebben, of een oprit voor de rolstoel wordt gezorgd. “Ach, het gaat hier om het sociale contact, je moet mensen uit hun huis halen en zorgen dat ze plezier hebben”. Dit zegt voorzitter Rik tegen me. En ja, ik kijk nog eens om me heen. Er wordt gelachen, gekheid gemaakt, en stralende gezichten als er wordt gescoord. En gezellig napraten. Dat is eigenlijk belangrijker dan presteren. Maar of ik plezier haal uit het bowlen zelf als ik niets meer zie en alleen voor de contacten zou komen? Zo’n bowlingochtend is (nog) niet mijn ding, dit kan in de toekomst, denk ik dan. Nu wil ik nog zoveel mogelijk meedoen met de horenden en zienden, dat is het vermoeiende van mijzelf. Of misschien kan ik mijn beperking nog niet helemaal accepteren…
Trainer
Ik vertel vriendin Helma over mijn bowlingavonturen. “Wat gaaf!” Vervolgens wil ze, geïnteresseerd zoals ze is, weten waarom er apart bowlen voor doven is. Want iemand die alleen doof is, kan toch wel goed zien en dus ook gewoon bowlen? We besluiten wat vragen te stellen aan trainer Jack Edelaar. Hij is bondscoach geweest van het Nederlands doventeam en heeft zodoende trainingen gegeven aan doven.
Balans
Uit zijn antwoorden is duidelijk dat doven/slechthorenden wel degelijk moeite hebben met balans. Het evenwicht is bij doven/slechthorenden verstoord (dit wist ik eigenlijk wel). “Evenwicht is bij bowlen belangrijk omdat je op het moment van loslaten van de bal geen verstoring wilt hebben op de richting waarin de bal gezwaaid is. Is je balans niet goed, dan gaat de bal een andere richting op dan je had gewild.”, legt Jack uitvoerig uit. Jaa ja, dus ik heb een excuus als de bal weer eens de goot in gaatJ
Oefening
Wat ik leuk vond om te horen is dat erop te trainen is. Een oefening voor mijn balans zou kunnen zijn dat ik op twee benen ga staan, mijn beide ogen dicht doe en mijn hoortoestellen uit. Natuurlijk begin ik dan meteen te wiebelen en slingeren maar: “Als je tot rust komt en je concentreert op je ademhaling wordt je balans beter.” Ditzelfde kan ik dan ook proberen door op een been te staan. Ook weer de rust in de ademhaling. “Het is te trainen, echt!”
Dit ga ik eens proberen. Jack heeft trouwens nog veel meer te vertellen over het bowlen en wat het met je doet. Doof/slechthorend of niet. Interessant hoor. Daar ga ik later mee aan de slag, nu eerst lekker trainen!
Wilt u meer weten over de spelregels van het bowlen? Meer info op www.sport-en-spelen.nl/bowling.html